In een eerder blog bespraken wij dat het landenrisico een belangrijk risico is dat moet worden beoordeeld wanneer het risico van een klant of instelling wordt bepaald. Het aantal landenlijsten rijst als gezegd de pan uit. In een poging helderheid te verschaffen bespraken we in ons vorig blog de lijsten met Sanctielanden, FATF-landen en de derde hoogrisicolanden.

Afschaffing objectieve indicator derde hoogrisicolanden

Een belangrijke nieuwe ontwikkeling is dat de objectieve indicator inzake derde hoogrisicolanden blijkens het Besluit van 9 september tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit Wwft 2018(Stb. 2019, 310) zal worden afgeschaft. Dat is goed nieuws. Wel wordt in toelichting benadrukt dat bij het monitoren van transacties instellingen specifiek aandacht moeten hebben voor transacties van of ten behoeve van hoogrisicolanden en deze dienen zo nodig op basis van de subjectieve indicator te worden gemeld.

Fiscale landenlijsten

De hiervoor genoemde lijsten zijn echter niet alle lijsten. In dit blog besteden we aandacht aan fiscale landenlijsten. Aan bod komen de EU list of non-cooperative jurisdictions for tax purposes, de door Nederland vastgestelde lijst met laag belastende landen en tot slot overige bronnen inzake tax havens en offshore financial centres. De twee eerstgenoemde lijsten worden op korte termijn aangepast. Hoewel er met betrekking tot de fiscale landenlijsten geen directe verplichting is om daar bij de beoordeling van klantrisico’s rekening mee te houden, is het met de aandacht van DNB voor fiscale integriteitsrisico’s bij cliënten van bankenen trustkantoren, geen overbodige luxe van deze lijsten goed op de hoogte te zijn (lees hierover ons eerdere blog). DNB ziet als good practice dat ten behoeve van het vaststellen van fiscale risico-indicatoren door instellingen een landenlijst wordt gemaakt met jurisdicties waaraan verhoogde fiscale integriteitsrisico’s zijn verbonden.

EU list of non-cooperative jurisdictions for tax purposes(Europese fiscale zwarte lijst)

Naar aanleiding van de Panama Papers (Roadmap Panama Papers) is op 5 december 2017op Europees niveau de zogeheten common list of non-cooperative jurisdictions for tax purposes opgesteld. Deze lijst is onderdeel van de Europese aanpak van belastingontwijking. Op de lijst staan derde landen vermeld die niet voldoen aan de internationale standaarden van de OECD en EU voor fiscaal goed bestuur. De lijst heeft primair een politieke doelstelling. Beoogd wordt derde landen er alsnog toe te bewegen zich aan deze standaarden te committeren.

Om de lijst samen te stellen is een groot aantal landen gescreend op gebied van tax transparency, fair taxation en implementatie van de OECD anti-BEPS (tax base erosion and profit shifting) minimumstandaarden. Sinds 5 december 2017 is de lijst een aantal keer geüpdatet. Per 21 juni 2019 staan de volgende landen op de lijst vermeld. American Samoa, Belize, Fiji, Guam, Marshall Islands, Oman, Samoa, Trinidad and Tobago, United Arab Emirates, US Virgin Islands en Vanuatu. Naast deze lijst is ook een ‘State of Play’ lijst gemaakt van landen die nu niet voldoen aan de standaarden, maar zich hebben gecommitteerd om daaraan op korte termijn te voldoen. Op 10 oktober 2019 zal tijdens een vergadering van de Raad van Europa hoogstwaarschijnlijk worden besloten om de United Arab Emirates en Marshall Island van de lijst te verwijderen.

In 2019 is overigens nog enige verwarring over de lijst ontstaan. In de resolutie van 26 maart 2019 van het Europees Parlement is namelijk vermeld dat ook lidstaten zouden worden beschouwd als tax havens. Het ging daarbij om Cyprus, Ierland, Luxemburg, Malta en Nederland. In de media is naar aanleiding daarvan wel gesuggereerd dat deze landen ook op de lijst zouden gaan worden vermeld. Dit is echter onjuist. Aangezien alle lidstaten de EU BEPS maatregelen implementeren is de kans daarop nihil.

Nederlandse laag belastende landen

Voor Nederland gaat deze EU lijst schijnbaar niet ver genoeg. In de strijd tegen belastingontwijking heeft Nederland op 28 december 2018 namelijk zelf een lijst met laagbelastende en niet coöperatieve landen vastgesteld. Het gaat om de landen American Samoa, Anguilla, Bahama’s, Bahrein, Belize, Bermuda, Britse Maagdeneilanden, Guam, Guernsey, Isle of Man, Jersey, Kaaimaneilanden, Koeweit, Qatar, Samoa, Saudi-Arabië, Trinidad en Tobago, Turks- en Caicoseilanden, US Virgin Islands, Vanuatu en de Verenigde Arabische Emiraten. Dit zijn staten zonder winstbelasting of met een tarief van minder dan 9%. Op 7 oktober 2019 is ter consultatie de voorgenomen aanwijzing laagbelastende staten 2020 gepubliceerd. Voor wat betreft de niet coöperatieve landen wordt aangesloten bij de EU-lijst. Het voorstel houdt in dat twee nieuwe staten (Barbados en Turkmenistan) worden toegevoegd en dat twee staten (Belize en Saudi-Arabië) worden verwijderd van de lijst.De Nederlandse lijst omvat meer landen dan de Europese lijst. Dat komt omdat volgens Nederland de Europese lijst (nog) niet alle landen omvat die Nederland als laagbelastend ziet. De lijst wordt gebruikt bij een drietal fiscale anti-misbruikmaatregelen (CFC-maatregel, invoering conditionele bronbelasting en weigering rulings). De Nederlandse lijst zal ieder jaar opnieuw worden vastgesteld.

Andere lijsten met tax tavens/offshore financial centres?

Om de verwarring te vergroten, worden naast de EU en Nederlandse lijsten regelmatig ook nog andere bronnen gebruikt om te bepalen of landen overigens zijn aan te merken als tax havensof offshore financial centres. Daarbij moet bedacht worden dat van deze begrippen geen internationaal vastgestelde definities bestaan. Er bestaan ook geen officieel vastgestelde lijsten met tax havens en offshore financial centres. Wel bestaat er min of meer overeenstemming over relevante kenmerken, namelijk geen of zeer lage winstbelasting, fiscaal inwonerschap mogelijk zonder reële substance, en een hoge mate van intransparantie. Een gangbare lijst die wordt gebruikt is Financial Secrecy Index van Tax Justice Network. Verder zijn de lijsten van IMF, OECD en FSF te raadplegen via Wikipedia, maar deze zijn niet actueel. Goed opletten dus.

Tot besluit

Met deze lijsten hebben we weer een aantal lijsten besproken die van belang zijn in het kader van het landenrisico. De landen kunnen een geografisch risico opleveren als bedoeld in bijlage III van de vierde anti-witwasrichtlijn en een risico-indicator zijn voor fiscale integriteitsrisico’s met betrekking tot belastingontwijking. Bij het bepalen van de betekenis daarvan zal steeds met de doelstelling van de lijsten rekening moeten worden gehouden. Bij de totstandkoming van de EU list of non-cooperative jurisdictions for tax purposes is zelfs expliciet opgemerkt dat deze moet worden onderscheiden van de in ons vorige blog besproken EU lijst met derde hoogrisicolanden. De snelle ontwikkelingen op het gebied van fiscale integriteitsrisico’s vergen dat wijzigingen van de lijsten nauwlettend zullen moeten worden gevolgd.

Kortom, fiscaal landenrisico: never a dull moment!